Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Voor gezinsbespreking

Voor gezinsbespreking

Voor gezinsbespreking

Wat klopt er niet op dit plaatje?

Lees Handelingen 9:36-41. Welke drie dingen zijn fout? Schrijf je antwoorden hieronder op en maak het plaatje af door het in te kleuren.

1. ․․․․․

2. ․․․․․

3. ․․․․․

GESPREKSONDERWERP:

Onder welke andere naam stond Tabitha bekend, en wat betekenen haar namen?

HINT: Lees de voetnoot bij Handelingen 9:36 in de Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen.

Was Tabitha iemand die alleen maar aan zichzelf dacht? Leg dat uit.

HINT: Lees Handelingen 9:36, 39.

Hoe bleken Jezus’ woorden in Lukas 6:38 waar te zijn in het geval van Tabitha? Hoe kun je haar voorbeeld volgen?

HINT: Lees Efeziërs 4:28; Jakobus 2:14-17.

OM ALS GEZIN TE DOEN:

Laat elk gezinslid iemand in gedachten nemen aan wie hij of zij een cadeautje zou willen geven. Maak dan iets leuks voor die persoon, zoals een kaart of een boekenlegger met een Bijbeltekst erop.

Verzamel en leer

Uitknippen, dubbelvouwen en bewaren

BIJBELKAART 7 PETRUS

VRAGEN

A. Hoe kwam het dat Petrus begon te zinken?

B. Waar of niet waar? Petrus is nooit getrouwd geweest.

C. Toen religieuze leiders zeiden dat de apostelen moesten stoppen met onderwijzen, zeiden Petrus en de andere apostelen: „Wij moeten . . .”

[Tabel]

4026 v.G.T. Adam geschapen

1 G.T.

Leefde in de eerste eeuw G.T.

98 G.T. Laatste Bijbelboek geschreven

[Kaart]

Woonde in Bethsaïda en Kapernaüm

GALILEA

Kapernaüm

Bethsaïda

Zee van Galilea

PETRUS

PROFIEL

Een hardwerkende visser die een van de eerste volgelingen van Jezus werd. Jezus koos Petrus uit als een van zijn twaalf apostelen. Een apostel is iemand die wordt uitgezonden. In de vier Bijbelboeken die de evangeliën worden genoemd, staan meer uitspraken van Petrus dan van andere apostelen. Petrus werd door Jehovah heel vaak gebruikt in de prediking en om zijn broeders aan te moedigen (Lukas 22:32; Markus 3:13-19).

ANTWOORDEN

A. Hij ging twijfelen (Mattheüs 14:28-31).

B. Niet waar (Markus 1:29-31; Johannes 1:42; 1 Korinthiërs 9:5).

C. „. . . God als regeerder meer gehoorzamen dan mensen” (Handelingen 5:18, 27-29).

Mensen en landen

4. Ik heet Antonia en ik ben acht. Ik woon in Chili. Dat ligt in Zuid-Amerika. Hoeveel Getuigen van Jehovah zijn er ongeveer in Chili? Zijn dat er 69.500, 96.500 of 106.500?

5. Waar woon ik? Zet een rondje om de goede letter. Zet een stip op de plaats waar jij woont. Dan kun je zien hoe ver Chili bij jou vandaan is.

A

B

C

D

Zoek het plaatje

Kun je deze plaatjes in dit tijdschrift vinden? Vertel iets over elk plaatje.

● De antwoorden staan op blz. 23

ANTWOORDEN VAN BLZ. 30 EN 31

1. Petrus stond niet maar knielde tijdens het bidden

2. Vrouwen (weduwen) lieten Petrus de kleren zien die Tabitha gemaakt had, en geen kruiken en schalen

3. Toen Petrus bad, waren er geen andere mensen bij

4. 69.500

5. B