Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Mogen vrouwen een geestelijk ambt bekleden?

Mogen vrouwen een geestelijk ambt bekleden?

De zienswijze van de Bijbel

Mogen vrouwen een geestelijk ambt bekleden?

HET heeft me niet alleen verbaasd maar ook kwaad gemaakt dat er voor vrouwen wat wijding betreft niets is veranderd”, schreef een katholieke vrouw aan de krant USA Today. Veel mensen delen haar mening. Per slot van rekening dienen vrouwen in andere godsdiensten als predikant, priester, bisschop of rabbi.

De kwestie is controversieel. Zo zijn er godsdiensten die toestaan dat vrouwen vanaf de kansel preken, maar er zijn ook godsdiensten die dit niet toestaan — en allemaal beweren ze zich aan de Bijbel te houden. Welk standpunt wordt door de Bijbel ondersteund? Voor het antwoord moeten we eerst weten hoe de Bijbel het Griekse woord diakonos gebruikt, dat over het algemeen wordt vertaald met „dienaar” of „bedienaar”.

In de eerste eeuw

De Bijbel gebruikt het woord diakonos in een ruime betekenis. Denk maar aan de christelijke vrouw Febe, over wie de apostel Paulus sprak als „onze zuster (...), die een dienares [diakonon] is van de gemeente die in Kenchrea is” (Romeinen 16:1).

Stelt u zich daarbij voor dat Febe de gemeente in Kenchrea voorging bij een eredienst? Wat voor dienst verrichtte ze? Paulus schreef in zijn brief aan de Filippenzen dat bepaalde vrouwen ’zijde aan zijde met hem hadden gestreden’ om het goede nieuws te verbreiden (Filippenzen 4:2, 3).

De voornaamste manier waarop de christenen in de eerste eeuw het goede nieuws verbreidden was „in het openbaar en van huis tot huis” (Handelingen 20:20). Degenen die aan dat werk deelnamen waren bedienaren. Daarbij hoorden vrouwen zoals Priskilla, die samen met haar man ’de weg van God juister uitlegde’ aan een godvrezende man die nog niet als christen gedoopt was (Handelingen 18:25, 26). Net als Febe was Priskilla kennelijk een doeltreffende bedienaar, zoals gold voor veel andere vrouwen.

Een waardige rol

Was de openbare bediening een ondergeschikte taak die aan vrouwen werd overgelaten terwijl de mannen iets belangrijkers deden, namelijk leiding geven aan de gemeente? Zeker niet, en om twee redenen. Ten eerste maakt de Bijbel duidelijk dat alle christenen — met inbegrip van mannen met zware verantwoordelijkheden in de gemeente — moesten deelnemen aan de openbare bediening (Lukas 9:1, 2). Ten tweede is de openbare bediening ook nu nog de voornaamste manier waarop christenen, mannen en vrouwen, Jezus’ opdracht uitvoeren om ’discipelen van mensen uit alle natiën te maken’ en hun zijn geboden te onderwijzen (Mattheüs 28:19, 20).

Er is nog een belangrijke rol die sommige vrouwen in de gemeente hebben. Paulus schreef dat de oudere vrouwen het goede moesten onderwijzen, „opdat zij de jonge vrouwen tot bezinning mogen brengen hun man lief te hebben, hun kinderen lief te hebben” (Titus 2:3, 4). Rijpe vrouwen met ervaring in de christelijke levenswijze hadden dus het voorrecht jongere en minder ervaren vrouwen te helpen. Ook dat is een waardige, belangrijke rol.

Onderwijzen in de gemeente

Nergens in de Bijbel staat echter dat vrouwen in de gemeente moesten onderwijzen. Paulus zei zelfs dat ze ’gedurende samenkomsten moesten zwijgen’. Waarom? Eén reden, zo schreef hij, is dat dingen „op gepaste wijze en in goede orde” moesten gebeuren (1 Korinthiërs 14:34, 40, De Nieuwe Bijbelvertaling). Om de gemeente soepel te laten functioneren, heeft God de taak van het onderwijzen aan één groep toegewezen. Maar merk op dat iemand de taak van opzicht in de gemeente niet zomaar krijgt omdat hij een man is; de taak wordt alleen gegeven aan mannen die aan de vereisten daarvoor voldoen (1 Timotheüs 3:1-7; Titus 1:5-9). *

Is de taak die God aan vrouwen heeft gegeven vernederend? Nee. Bedenk dat ze door Jehovah God zijn geordineerd om een belangrijk werk te doen: in het openbaar getuigenis van hem afleggen (Psalm 68:11). Als openbare bedienaren hebben Jehovah’s Getuigen, zowel mannen als vrouwen, miljoenen mensen geholpen ’tot berouw te geraken’ en ’gered te worden’ (Handelingen 2:21; 2 Petrus 3:9). Dat is een mooi resultaat!

De regeling voor mannen en vrouwen draagt bij aan de vrede, terwijl beide groepen met eerbied worden behandeld. Het nut van de elkaar aanvullende rollen die God de man en de vrouw in de gemeente heeft gegeven, is te illustreren met een voetganger die om een drukke straat over te steken zowel zijn ogen als zijn oren nodig heeft. Wanneer zowel mannen als vrouwen Gods wil volbrengen in overeenstemming met hun rol, zegent God de gemeente met vrede (1 Korinthiërs 14:33; Filippenzen 4:9). *

[Voetnoten]

^ ¶13 Merk ook op dat de autoriteit van een man in de gemeente beperkt is. Hij is onderworpen aan de Christus en moet zich aan Bijbelse beginselen houden (1 Korinthiërs 11:3). Degenen die in de gemeente verantwoordelijkheid dragen, moeten ook „aan elkaar onderworpen” zijn en een nederige, bereidwillige instelling hebben (Efeziërs 5:21).

^ ¶15 Door de rol te respecteren die God aan mannen in de gemeente heeft gegeven, dienen christelijke vrouwen als voorbeeld voor de engelen in de hemel (1 Korinthiërs 11:10).

WAT DENKT U?

● Op welke manier onderwezen vrouwen in de vroegchristelijke gemeente? — Handelingen 18:26.

● Wie worden als opzieners in de gemeente aangesteld? — 1 Timotheüs 3:1, 2.

● Hoe beziet God de bediening van christelijke vrouwen in deze tijd? — Psalm 68:11.

[Inzet op blz. 29]

„Jehovah zelf geeft het woord; de vrouwen die het goede nieuws vertellen, zijn een groot leger.” — PSALM 68:11