‘God (...) zal elke traan uit hun ogen wissen. De dood zal er niet meer zijn. Er zal geen rouw, geen gehuil en geen pijn meer zijn. De dingen van vroeger zijn voorbij.’ — Openbaring 21:3, 4, Nieuwewereldvertaling.

Werk dat voldoening geeft en nuttig is. — Jesaja 65:21-23.

Geen ziekte, ellende of verdriet meer. — Jesaja 25:8; 33:24.

Een gelukkig, eeuwig leven met familie en vrienden. — Psalm 37:11, 29.

Ja, om minstens twee redenen:

• God heeft de macht die belofte waar te maken. In de Bijbel is Jehovah, God, de enige die de ‘Almachtige’ wordt genoemd; zijn macht is onbeperkt (Openbaring 15:3). Hij kan zijn belofte dus zeker nakomen en voor een betere wereld zorgen. De Bijbel zegt: ‘Bij God is alles mogelijk’ (Mattheüs 19:26).

• God heeft de wens die belofte waar te maken. Jehovah verlangt er bijvoorbeeld naar om mensen die gestorven zijn, weer levend te maken (Job 14:14, 15).

  De Bijbel zegt ook dat Gods Zoon, Jezus, de zieken genas. Waarom deed hij dat? Omdat hij dat graag wilde (Markus 1:40, 41). Jezus was het perfecte evenbeeld van zijn Vader en had net als hij het verlangen om mensen in nood te helpen (Johannes 14:9).

  We kunnen er dus zeker van zijn dat Jehovah en Jezus ons willen helpen een gelukkige toekomst te krijgen! — Psalm 72:12-14; 145:16; 2 Petrus 3:9.